Mensen met type 1 diabetes moeten ondanks de voordelen die sporten biedt, ook rekening houden met een aantal negatieve effecten:

  • episodes van ernstige laattijdige (post) hypoglycemie (soms tot 24 u na heel intensief en langdurig sporten),
  • keto-acidose (of een ernstige diabetes ontregeling),
  • een ontregeling van de metabole controle,
  • een verhoogd risico op oogproblemen (proliferatieve retinopathie genoemd).

Bij mensen met diabetes en overgewicht is een risicoanalyse en het testen van de conditie door een arts essentieel alvorens met een beweegprogramma te beginnen (beter bekend als een sportmedische keuring). Tevens moet iemand met diabetes die wil gaan sporten de impact van fysieke activiteit op de glycemie kennen om niet te schrikken van het effect.

De bloedglucoseregulatie tijdens inspanning is afhankelijk van het insulineniveau en de bloedsuikerspiegel bij aanvang van de activiteit, de duur en intensiteit van de activiteit en het gebruik van koolhydraten (suikers) tijdens het sporten.

Regelmatig de bloedglucose testen voor, tijdens en na het sporten, is belangrijk om te leren wat de gevolgen van fysieke activiteit op de bloedsuikerspiegel zijn. Het is een goede gewoonte om altijd een snelwerkende glucosebron (sportdrank of druivensuiker) bij te hebben tijdens het sporten. Ook is het raadzaam om iemand in de buurt te hebben die een hypoglycemie kan herkennen en behandelen indien dit zich zou voordoen.

De ideale waarde om te sporten tijdens een matige inspanning - zonder te moeten bijtanken - is een glycemie tussen 150 en 200 mg/dl. Gaan sporten met een glycemie van 100 mg/dl of lager is af te raden wegens gevaar voor hypoglycemie. Het is onverstandig om te gaan sporten bij een glycemie van boven de 300 mg/dl. Als voor het sporten de bloedglucosespiegel boven de 300 mg/dl is en er zijn ketonen aanwezig in de urine dan lezen we beter een boek, kijken we liever TV of een film.

Het gevolg van sporten met een te hoge glycemie is dat die alleen nog maar stijgt, omdat door insulinegebrek de spieren geen suiker kunnen opnemen. Daarnaast wordt tijdens inspanning de lever ook aangezet om glucose vrij te stellen om de glycemie op peil te houden en zo komen we tot niet meer zo gezonde bloedsuikerwaarden. De glycemie moet daarom eerst (met insuline) terug gebracht worden naar normale waarden - zo rond de 200 mg/dl - alvorens we mogen starten met de geplande sportactiviteit.

Om veilig te kunnen sporten moet de persoon met diabetes :

  • een hypo kunnen herkennen en behandelen;
  • een hypo kunnen voorkomen (tijdens en na een inspanning);
  • leren drinken tijdens inspanning en weten hoeveel en welk type koolhydraten er in de drank aanwezig zijn;
  • een hartcontrole ondergaan wanneer men ouder is dan 35 jaar of al meer dan 10 jaar diabetes type 2 heeft of meer dan 15 jaar diabetes type 1;
  • de bloeddruk onder controle houden (dit wil zeggen bedacht zijn voor inspanningshypertensie), zeker in geval van nierlijden;
  • bij contactsporten en als er in de sport persbewegingen of bewegingen zijn die de oogdruk verhogen, een oogarts consulteren met de vraag of het verantwoord is (ter preventie van netvliesproblemen).

Tevens zijn de algemene richtlijnen inzake fysieke activiteit ook van toepassing bij mensen met diabetes. Zoals het feit dat wie blessures wil voorkomen, zorgt voor een goede warming-up en cooling-down en dat comfortabele schoenen essentieel zijn om blaren en voetproblemen te voorkomen.

Ria Vanderstraeten Sportdiëtist - Sports Nutrition Consultancy

Galerij

Deel dit artikel, kies uw platform!

recent posts